Waarom delen beter is dan geven — vooral als je leegloopt.

We leren het al jong:
Geven is goed.
Je speelgoed delen. Je aandacht geven. Iets overhebben voor een ander.
En dat is ook mooi. Maar ergens onderweg zijn we iets kwijtgeraakt.
We zijn gaan geloven dat geven altijd beter is dan ontvangen.
Dat iets pas liefdevol is als het ten koste van jezelf gaat.
Dat jezelf wegcijferen een soort superkracht is.
Maar dat is het niet.
Het is gewoon… leeglopen.
Het verschil tussen geven en delen
Geven klinkt nobel. Liefdevol. Onzelfzuchtig.
Maar wat als je geeft terwijl je leeg bent?
Dan geef je geen liefde — dan geef je je laatste restje.
Je geduld. Je energie. Je glimlach. Je ademruimte.
Delen voelt anders.
Delen komt vanuit genoeg.
Vanuit rust, ruimte, en een gevoel van:
ja, dit heb ik over. Voor jou. Vanuit vrijheid.
Misschien hoef je niet nog meer te geven
Misschien hoef je niet nóg harder je best te doen.
Niet nóg meer te geven.
Misschien is het tijd om terug te nemen wat je onderweg bent kwijtgeraakt:
Rust.
Aandacht.
Liefde.
Grenzen.
Zodat je niet alles blijft weggeven en dan op een dag niet meer weet wie je zelf bent.
Je kunt geen thee schenken uit een lege pot
Dat weet je.
Maar toch probeer je het misschien elke dag.
Je schenkt tijd, energie, aandacht…
En je vraagt je af waarom het nooit genoeg lijkt.
Waarom jij zo moe bent. Zo prikkelbaar. Zo leeg.
Misschien omdat jij die thee zelf ook nodig had.
Dus nee, je bent niet egoïstisch
Als je vandaag kiest voor jezelf.
Als je even niets te geven hebt.
Als je eerst wilt voelen, ademen, bijtanken.
Dat is geen egoïsme.
Dat is wijsheid.
Want pas als jij weer vol bent, kun je delen wat echt van waarde is.
Zonder jezelf kwijt te raken.
Alles wat je hierboven leest is mijn waarheid — voor nu.
Misschien herken je iets, misschien denk je: hmm, nee.
Helemaal goed. Blijf vooral voelen wat voor jóu klopt.
Jij bent je eigen beste wijsheidsbron.
Wil je liever praten dan lezen? Thee met mij
Reactie plaatsen
Reacties